Afschaffing dividendbelasting voor belegger en DGA

De dividendbelasting wordt afgeschaft. Deze belasting wordt geheven op de winstuitkering van een onderneming aan haar aandeelhouders (dividend). Verrekening met de inkomsten- of vennootschapsbelasting, wat voor Nederlandse aandeelhouders mogelijk was, is dan niet meer nodig. Dat voorkomt de nodige administratieve rompslomp. Het afschaffen van de dividendbelasting voorkomt bovendien een mogelijke uitstroom van buitenlandse bedrijven uit Nederland, zodat werkgelegenheid behouden blijft en nieuwe aangetrokken kan worden. Op dit moment moeten bedrijven die een deel van de winst uitkeren aan aandeelhouders hierover 15% belasting inhouden. Het nieuwe kabinet gaat hier een streep door trekken.

Y&P1

Bovenstaande kan gevolgen hebben voor particuliere beleggers en directeur-grootaandeelhouders. Wij leggen u in dit artikel uit welke gevolgen het afzonderlijk voor bovenstaande 2 groepen heeft.

Particuliere belegger

Beleg je in Nederlandse aandelen, dan wordt nu eerst dividendbelasting ingehouden. Een vorm van voorheffing. Stel dat een bedrijf 1000 euro dividend wil uitkeren, dan wordt 850 euro op je beleggingsrekening bijgeschreven. De ingehouden dividendbelasting (150 euro) kun je vervolgens weer verrekenen bij de aangifte inkomstenbelasting. Zodra de dividendbelasting wordt afgeschaft, krijg je voortaan het volledige dividend uitgekeerd, er valt dus ook niets te verrekenen. Er veranderd dus niet al te veel voor de particulieren belegger, enkel het bedrag dat men dient te hanteren bij de inkomstenbelastingaangifte zal anders zijn. Het effect op de eventuele belastingdruk is dus nihil.

DGA

Voor een directeur-grootaandeelhouder (DGA) betekent de afschaffing van de dividendbelasting vooral minder administratieve rompslomp, bij het uitkeren van  dividend aan zichzelf. De BV houdt op dit moment bij een dividend uitkering 15% dividendbelasting in en draagt deze af. Vervolgens kan de DGA als privépersoon in box 2 25% aan aanmerkelijk belang heffing opgeven op het totaal bedrag (bruto bedrag). Als laatste kan de DGA als privépersoon het bedrag dat reeds is ingehouden in de vorm van dividendbelasting in mindering brengen op het te betalen bedrag in box 2. Per saldo zal de DGA in privépersoon dus 25% belasting betaalt hebben over de dividenduitkering.

In de nieuwe situatie is het niet meer nodig om eerst dividendbelasting in te houden. Wel blijft de aanmerkelijk belangheffing van 25% staan. Als de kabinetsplannen doorgang vinden, stijgt het box 2-tarief overigens naar 28,5% in 2021. Net als bij de particuliere belegger resteert onder de streep dus hetzelfde bedrag. Men hoeft dus enkel één keer af te rekenen met de fiscus.

Voorbeeld

Een BV wil 200.000 euro dividend uitkeren aan de DGA. De BV moet over dit bedrag nu eerst 15% dividendbelasting inhouden en afdragen. Netto krijgt de DGA dan 170.000 euro uitgekeerd.

Over die 200.000 euro moet hij/zij in de aangifte inkomstenbelasting in box 2 vervolgens 50.000 euro betalen. Omdat hier de dividendbelasting van afgetrokken wordt, moet de ondernemer nog 20.000 euro afdragen aan de fiscus, naast de al betaalde 30.000 euro. In totaal incasseert de Belastingdienst dus 50.000 euro en mag de DGA 150.000 euro houden. In de nieuwe situatie hoeft de BV geen dividendbelasting in te houden. Wel moet de DGA 25% aanmerkelijk belangheffing betalen, waardoor hij/zij eveneens 150.000 euro overhoudt.

Vanwege het moment van de betaling aan de fiscus loop men wel het risico dat men meer box 3 belasting moet betalen. Uitgekeerde dividend zal op de privérekening terechtkomen. Welke kan resulteren in een vermogensbestanddeel dat de vrijstellingsbedrag(en) overschrijdt. Vermogensbelasting wordt geheven in box 3. Mocht er straks een situatie ontstaan waarbij er op de peildatum een bedrag staat gereserveerd voor de aanmerkelijk belangheffing van box 2 zal deze in dit geval ook als vermogen mee worden geteld voor de box 3 heffing. Hierdoor zou men een dubbele heffing kunnen krijgen op een deel dat niet als vermogend dient te worden gezien.

Buitenlandse beleggers

Voor buitenlandse beleggers (zakelijk en particulier) pakt de maatregel in veel gevallen wel gunstig uit. Buitenlandse beleggers kunnen de ingehouden dividendbelasting nu vaak niet (volledig) verrekenen met de inkomstenbelasting of de vennootschapsbelasting. Met de afschaffing van de dividendbelasting hebben zij daar geen last meer van. Dat maakt het voor hen aantrekkelijker om in Nederlandse bedrijven te (blijven) beleggen.

VBI

Heb je een vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI), waarbij het rendement op de beleggingen niet is belast met vennootschapsbelasting, dan profiteer je van de afschaffing van de dividendbelasting.

Een VBI kan namelijk de op zijn beleggingen ingehouden dividendbelasting niet verrekenen en daarmee wordt het rendement dus gedrukt. Die kostenpost valt na de jaarwisseling weg.

Beleggers in Nederlandse beleggingsfondsen

Beleg je in een Nederlands beleggingsfonds dat de status heeft van Fiscale Beleggingsinstelling (FBI), dan loop je het risico dat het rendement wat wordt gedrukt.

Een FBI mag namelijk nu bepaalde bronbelasting op zijn buitenlandse beleggingen verrekenen met de door de FBI zelf ingehouden dividendbelasting op zijn dividenduitkeringen aan de beleggers. Dat kan straks waarschijnlijk niet meer. Dat kan ten koste gaan van het rendement.

Hulp nodig?

We kunnen ons voorstellen dat u na het lezen van dit artikel nog vragen hebt. Vraag uw adviseur naar meer informatie hierover. Hebt u geen boekhouder of administrateur? Kijk dan verder op onze site, wellicht dat onze diensten ook bij u aansluiten!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s